De spreuk ‘Ora et labora’ (bid en werk) kenmerkt het Benedictijnse leven.
Handenarbeid en zelfvoorziening zijn essentieel.
Enerzijds is er het vele huishoudelijke werk,
anderzijds willen wij – zoals iedere sterveling –
werken ‘om den brode’.
De monastieke arbeid heeft een eigen spirituele dimensie.
“Omdat zij juist dan echte monniken zijn, als zij van het werk van hun handen leven
zoals onze Vaderen en de Apostelen.”
Regel van Benedictus 48,8
In onze abdij worden verschillende ambachtelijke producten vervaardigd